'Het extreem gewelddadige karakter van de moord en de koelbloedige wijze' waarop die is uitgevoerd, maken een snel onderzoek volgens de rechtbank noodzakelijk. De rechtbank stelde dat 'een eventueel terroristisch oogmerk' van de moord het bestaan van een geestelijke stoornis niet uitsluit, zoals Mohammed B.'s advocaat Peter Plasman eerder had betoogd.
Mohammed B. wil volledig verantwoordelijk worden gehouden voor de moord op Theo van Gogh en wil niets weten van verminderde toerekeningsvatbaarheid. Dat liet zijn advocaat Plasman woensdag weten tijdens de pro forma-zitting waarmee de rechtszaak over de moord op Van Gogh begon.
‘Ik heb een keuze gemaakt en vanuit die keuze heb ik gehandeld', zei Plasman namens zijn cliënt. Mohammed B. ging er volgens Plasman vanuit dat hij zou sterven of in zijn eigen woorden zou ‘sneuvelen'.
Aanklager F. van Straelen had maandag bij de rechtbank een onderzoek in het PBC in Utrecht gevorderd. Volgens de officier van justitie is zo'n observatie ‘onontkoombaar' , omdat hij meer te weten wil komen over de persoon van B. en zijn motieven.
Eerder werd al bekend dat B. vooralsnog weigert aan het verlangde persoonlijkheidsonderzoek mee te werken. Dat sluit zo'n onderzoek niet op voorhand uit, maar beperkt wel de kansen op een bruikbaar resultaat.
B. was woensdag niet aanwezig tijdens de pro forma-zitting in de extra beveiligde rechtbank in Amsterdam-Osdorp. Wel woonden de ouders en de zussen van de 47-jarige Theo van Gogh de zitting bij, evenals columnist Theodor Holman en producent Gijs van de Westelaken.
Volgens officier van justitie F. van Straelen zijn er veel aanwijzingen voor betrokkenheid van anderen bij de moord op Van Gogh. Die aanwijzingen worden onder meer geleverd door ooggetuigen, die verdachte individuen kort vóór de moord in het gezelschap van B. hebben gezien.
Daarnaast zijn er sterke indicaties voortgevloeid uit het onderzoek van de nationale recherche naar het Hofstadnetwerk, de vermeende terreurcel. Leden van dat netwerk kwamen geregeld bij B. in Amsterdam-West over de vloer voor 'bijeenkomsten'. Ook de avond vóór de moord bracht B. met een aantal leden van het netwerk door.
Jason W. en Ismaël A., het tweetal dat op 10 november in het Haagse Laakkwartier na een urenlange belegering werd gearresteerd, zouden B. op 1 november 's avonds soep zijn komen brengen. W. en A. zijn tussen de moord en hun arrestatie in hun woning rechtstreeks afgeluisterd door de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD).
'Wij hebben', zo zeggen de twee in die afgeluisterde gesprekken, 'conform de authentieke islamitische wijze, een lam afgeslacht. Dit zal voortaan de straf zijn die opgelegd zal worden, aan ieder in dit land die Allah en zijn gezant uitscheldt en uitdaagt. O, jij Ayaan Hirsi, morgen als Allah het wil ben jij aan de beurt Ali.' In een ander gesprek zeggen W. en A.: 'Hahaha. Wij, wij zijn het groepje van Mohammed B. met Theo van Gogh.'
In de woning van Mohammed B. is een uitgewerkt, door de AIVD afgeluisterd telefoongesprek gevonden. Dit document zat tussen paperassen van zijn huisgenoot, de vermoedelijk tot de Hofstadgroep behorende Achmed A.
Het uitgewerkte gesprek is vermoedelijk gelekt door de tolk van de AIVD die vorig jaar is opgepakt en momenteel wordt vervolgd. Ook dit feit versterkt aanklager Van Straelen in zijn vermoeden dat B. bij de uitvoering van de moord is bijgestaan door leden van het Hofstadnetwerk.
Bij de verdachte thuis is ook een enorme hoeveelheid extremistische literatuur gevonden, die zou kunnen duiden op een terroristisch oogmerk, stelde de officier. Ook liet B. een nalatenschap na, B. verwachtte namelijk te worden doodgeschoten.
Die nalatenschap omvatte onder meer een zogenoemde USB-stick waarop dreigbrieven stonden aan onder anderen Tweede-Kamerlid Wilders en de Amsterdamse wethouder Aboutaleb. Ook bevatte de stick vele fundamentalistische artikelen die voor een deel door B. zelf zijn geschreven.
Van Straelen vertelde dat B. vorige week nog heeft geprobeerd een door hem geschreven document, getiteld 'Grondwet van een fundamentalist deel 5' via zijn broer het penitentiair ziekenhuis in Scheveningen uit te smokkelen. Een oplettende bewaarder kon dit voorkomen. De officier concludeerde dat 'het niet valt te verwachten dat de verdachte afstand zal nemen van extremistische ideeën'.
De rechtszaak is voor maximaal drie maanden aangehouden. De volgende zitting zal vermoedelijk weer een pro forma-karakter hebben, maar Van Straelen denkt de zaak voor de zomer inhoudelijk te kunnen behandelen.
B. beroept zich tot nu toe op zijn zwijgrecht. Of hij dat blijft doen, kon Plasman niet zeggen. Het Openbaar Ministerie verdenkt B. naast de moord op Van Gogh van pogingen tot moord dan wel doodslag op een aantal politieagenten en twee omstanders, die door rondvliegende kogels werden geraakt.
Ook wordt hij ervan verdacht dat hij het Tweede-Kamerlid Hirsi Ali (VVD) met de dood heeft bedreigd. Die bedreiging viel op te maken uit de brief die op het lichaam van Van Gogh was gestoken. Voor alle feiten geldt dat ze zijn gepleegd met een terroristisch oogmerk. --------------
Mohamed B remains silent
Mohamed B remains silent and refuses to cooperate on the pychiatric examination in the Pieter Baan Centrum.
In the three weeks since the man who is suspected of the murder of Theo van Gogh was housed for observation in the center, he did not participate in one single activity. This according to his lawyer P. Plasman.
----------------------------------------------
Mohammed B. volhardt in zwijgen
Door onze redacteuren Jaco Alberts en Steven Derix
http://www.nrc.nl/binnenland/artikel/1111189549391.html
AMSTERDAM, 19 MAART. Mohammed B. blijft bij zijn weigering mee te werken aan een psychiatrisch onderzoek in het Pieter Baan Centrum (PBC).
In de drie weken dat de man die wordt verdacht van de moord op Theo van Gogh ter observatie in het centrum verblijft, heeft hij aan geen enkele activiteit deelgenomen. Dat zegt zijn advocaat P. Plasman desgevraagd.
,,Mijn cliënt staat op het standpunt dat hij wordt gedwongen", aldus Plasman. ,,Hij heeft besloten niet mee te doen." Eerder liet Plasman al weten dat Mohammed B. verantwoordelijk gehouden wil worden voor zijn daden, hetgeen kon worden geïnterpreteerd als een verkapte bekentenis voor de moord op Van Gogh. Hij acht zichzelf volledig toerekeningsvatbaar.
In het PBC wordt juist gekeken naar de vraag in hoeverre verdachten toerekeningsvatbaar zijn, een onderzoek dat standaard zeven weken duurt. Behalve gesprekken met een maatschappelijk werker, een psycholoog en een psychiater - waaraan Mohammed B. niet meewerkt - wordt van een gedetineerde in het PBC verwacht dat hij meedoet aan allerlei groepsactiviteiten als arbeid, sport, luchten en groepsgesprekken. Ook daaraan onttrekt Mohammed B. zich volgens Plasman: ,,Alles wat daar gebeurt, maakt deel uit van het onderzoek."
Het kost zijn cliënt weinig moeite zich afzijdig te houden, zo is de indruk van Plasman: ,,Sommige verdachten vinden het al moeilijk bij hun eerste gesprek met de politie hun mond te houden, maar mijn cliënt is daar goed in. Hij is consequent."
Naar verwachting zal Mohammed B., ondanks zijn weigering mee te werken, de volledige zeven weken in het PBC moeten volmaken. Volgens het ministerie van Justitie werd het onderzoek vroeger in dat soort gevallen eerder afgebroken. ,,Maar inmiddels laten we ze die tijd in het PBC", zegt een woordvoerster. ,,Een belangrijk deel van het onderzoek bestaat immers uit observeren."
Toch lijken de mogelijkheden om het gedrag van Mohammed B. te observeren uiterst beperkt. Hij verblijft vrijwel de hele dag in zijn cel, zoals ook kan worden afgeleid uit informatie op de website van het PBC. Daar staat dat gedetineerden die niet aan activiteiten meedoen, opgesloten blijven. Naar verluidt hebben onderzoekers intussen de pogingen gestaakt hem aan de praat te krijgen. Overigens wordt Mohammed B. in zijn activiteiten in het PBC nog gehinderd door de verwonding die hij opliep tijdens zijn arrestatie op 2 november. Een politiekogel verbrijzelde zijn dijbeen; de verdachte loopt volgens ingewijden nog met krukken.
Plasman wil geen mededelingen doen over de omstandigheden waar zijn cliënt zich in bevindt, maar ingewijden zeggen dat hij wegens het ernstige delict waarvan hij wordt verdacht sinds zijn arrestatie 24 uur per dag wordt bewaakt met camera's, mede om het gevaar van suïcide tegen te gaan.
-----------------------------------------------
Hofstad group linked to other terror cases
http://www.nrc.nl/binnenland/artikel/1106893485024.html
Verbanden 'Hofstadgroep' met andere terreurzaken
Door onze redacteuren Jaco Alberts en Steven Derix
AMSTERDAM, 29 JAN. In het onderzoek naar de zogeheten 'Hofstadgroep' heeft justitie connecties gevonden met diverse andere terrorismezaken die in Nederland hebben gespeeld of nog spelen.
Dat blijkt uit strafdossiers waarover deze krant beschikt. Vooral met betrekking tot een eerdere bedreiger van het Kamerlid Hirsi Ali, de reeds veroordeelde Omar A., beschikt justitie over duidelijke aanwijzingen. Na de moord op Theo van Gogh zijn behalve hoofdverdachte Mohammed B. twaalf moslimextremisten van de groep gearresteerd. Zij zouden betrokken zijn bij de moord, en aanslagen hebben beraamd op onder meer de kamerleden Hirsi Ali en Wilders. Uit het strafdossier tegen de twaalf blijkt dat leden van de groep actief betrokken waren bij de organisatie van de MSN-internetdiscussiegroep Muwahhidin/Dewaremoslims.
Omar A., 'assistent beheerder' van die MSN-groep, werd in oktober veroordeeld voor ernstige bedreiging van Ayaan Hirsi Ali en kreeg een gevangenisstraf van negen maanden. Hij bleek te beschikken over het juiste geheime adres van het VVD-kamerlid. Dat zou zijn achterhaald door de 'El Muwahhidin-brigade', die Hirsi Ali daar blijkbaar voor had geobserveerd. In het eerste bericht op de site, dat verscheen op 30 augustus naar aanleiding van de uitzending van de film 'Submission', wordt ook de maker van de film, de ,,duivelse spotter" Theo van Gogh genoemd.
Justitie heeft tot nu toe verklaard dat in het onderzoek tegen Omar A. geen banden zijn opgedoken met de Hofstadgroep. Maar onderzoek naar de computer van Achmed H., een van de leden van de Hofstadgroep die vast zit, leverde veel informatie op over Muwahhidin/Dewaremoslims. De onbekende 'beheerder' van de MSN-groep met de bijnaam Adhabh maakte gebruik van de computer die in het echtelijke huis stond van Achmed H.
Bovendien was H. volgens justitie net als Omar A. 'assistent beheerder' van Muwahhidin/Dewaremoslims. Achmed H. lag in scheiding en woonde de maand voor zijn arestatie in huis bij Mohammed B. Andere verdachten die actief waren op de MSN-groep zijn Yousef E. en de voortvluchtige Nouredine El F. Justitie noemt Muwahhidin/Dewaremoslims ,,een soort propagandawebsite" van de verdachten.
In het dossier zit verder een verbinding naar de grote jihad-zaak met twaalf verdachten die in 2003 in Rotterdam terecht stonden, maar allemaal werden vrijgesproken.
---------------------
woensdag 6 april 2005 uur. |
Samir A. vrijgesproken van beramen aanslagen |
ANP
|
ROTTERDAM - De rechtbank in Rotterdam heeft de 18-jarige terreurverdachte Samir A. woensdag vrijgesproken van het beramen van aanslagen in Nederland. De rechtbank vindt dat het Openbaar Ministerie (OM) dit onvoldoende heeft kunnen bewijzen.
|
Het Openbaar Ministerie gaat in hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank, zo heeft een woordvoerster woensdagmiddag laten weten.
Justitie eiste twee weken geleden zeven jaar cel tegen A. Het OM vervolgde hem concreet voor de voorbereiding van aanslagen op onder meer de Tweede Kamer, de kerncentrale in Borssele, Schiphol, het ministerie van Defensie en het gebouw van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) in Leidschendam.
Toen de politie het huis waar Samir woonde doorzocht, vonden rechercheurs plattegronden met aantekeningen van de in de aanklacht genoemde locaties. Ook trof de politie enorme hoeveelheden radicaal islamitisch materiaal aan, waaronder informatie hoe je aanslagen kunt plegen en fragmenten van het doodschieten en onthoofden van een persoon.
De rechtbank veroordeelde A. wel tot drie maanden gevangenisstraf wegens verboden wapenbezit. A. had een patroonhouder, een geluiddemper en een neppistool in zijn bezit. Ook een overval op een supermarkt achtte het rechtscollege niet bewezen. Daarvan werd A. eveneens vrijgesproken.
Justitie vermoedt echter dat Samir A. ook deel uitmaakt van de vermeende terreurorganisatie de Hofstadgroep. Daarvoor heeft het OM hem in dit proces nog niet strafrechtelijk aangepakt, omdat het onderzoek hiernaar nog niet af is. Wel blijft deze aanklacht voorlopig boven zijn hoofd hangen. Volgens een woordvoerster van het landelijk parket is hij overigens formeel nog niet als verdachte van de Hofstadgroep aangemerkt.
Enkele uren nadat hij het vonnis had aangehoord, werd Samir A. vrijgelaten uit de gevangenis. De rechtbank beval zijn onmiddellijke vrijlating, omdat hij zijn opgelegde straf al ruim in voorarrest heeft uitgezeten. De politie pakte hem al op 30 juni 2004 op.
Het OM had hoog ingezet tegen A. Officier van justitie R. Lambrichts had de rechters ook gevraagd zowel het actieve als passieve kiesrecht van A. af te nemen, wat een uitzonderlijke stap van het OM genoemd mag worden. Het argument van justitie was dat de verdachte heeft geprobeerd de democratie aan te tasten. ‘Met dit soort acties wordt beoogd de Nederlandse rechtsstaat te ontwrichten en angst en tweedracht te zaaien in onze samenleving', concludeerde de aanklager. Hij voerde aan dat de verdachte de Nederlandse nationaliteit heeft en daarom zijn recht om te kiezen en gekozen te worden, moet verliezen. Omdat de beschuldiging van het beramen van aanslagen niet bewezen is verklaard, is dit verzoek niet ingewilligd.
Volgens de rechtbank blijkt uit A.'s eerdere reis naar Tsjetsjenië en aangetroffen videobanden een ‘bovengemiddelde belangstelling voor religieus extremistisch geweld'. Maar dat is nog geen concreet bewijs dat hij aanslagen voorbereidde. Het moet dan gaan om meer dan intenties en daarvoor moet het dicht tegen uitvoering aanzitten, meent de rechtbank. Daarvoor had A. volgens de rechtbank niet de juiste spullen in huis. Behalve dan de explosieve constructie, maar daarover oordeelden deskundigen dat het niet kon werken omdat de ontsteker en het activeringsmechanisme ontbraken.
De advocaat van Samir A., V. Koppe, is ‘buitengewoon verheugd' over het vonnis van de rechtbank. ‘Deze rechtbank heeft opnieuw een rechte rug getoond', aldus de raadsman, die daarbij verwees naar eerdere vrijspraken van de Rotterdamse rechtbank in terreurzaken.
‘Dit vonnis doet recht aan de wet', zei Koppe woensdag. Hij is met de rechtbank van mening dat de aanwijzingen tegen zijn cliënt te vaag zijn geweest om hem te kunnen veroordelen voor het beramen van terroristische aanslagen.
|
|