Family of Muslim woman murdered by brother in honor killing in Berlin wants to adopt her son - relatives complicit in murder

Nach dem Urteil hatte es eine Debatte um das Sorgerecht für den Jungen gegeben. Vor allem die Tatsache, dass das Sorgerecht an ein Mitglied der Familie des Mörders gehen könnte, war auf Ablehnung gestoßen.

"Wir warten nun auf eine Aufforderung des Familiengerichts, um unsere Haltung darzulegen", sagte Schöttler. Details wollte sie nicht nennen. Gemäß einer bisherigen Entscheidung des Familiengerichts lebt Can außerhalb Berlins bei einer Pflegefamilie, die sich mit einem Mitarbeiter eines freien Trägers um alle Belange des Schülers kümmert. Die Namen der Pflegefamilie nennt das Jugendamt nicht, da die Behörde um die Sicherheit des Jungen fürchtet. Can gelte in der Pflegefamilie aber als gut integriert, heißt es.

Cans Mutter, die 23-jährige Hatun Sürücü, war am 7. Februar 2005 erschossen worden. Ihr jüngster Bruder Ayhan wurde deshalb am 13. April dieses Jahres zu einer Jugendstrafe von neun Jahren und drei Monaten verurteilt. Seine beiden älteren Brüder hatten die Richter aus Mangel an Beweisen freigesprochen. Gegen das Urteil hat die Staatsanwaltschaft Revision eingelegt.

Ayhan Sürücü hatte zugegeben, seine Schwester getötet zu haben. "Ich hab die Tat allein begangen. Niemand in der Familie hat mir dabei geholfen", hieß es in der Erklärung des 19-Jährigen. Der Lebenswandel seiner geschiedenen Schwester Hatun habe ihn abgestoßen. Er habe die Moralvorstellungen seiner Schwester nicht akzeptiert und zudem befürchtet, dass deren kleiner Sohn drogenabhängig werden könne.

kaz/dpa

http://www.militantislammonitor.org/article/id/1859

MIM: The youngest son who was told to carry out murder is now a hero.

He was sentenced and the rest of the family was aquitted. All the brothers were involved. In the court the spectators blew the youngest son kisses. Four days after the murder the father bought him a new watch. According to witnesses the victim had been the victim of sexual molestation within the family by one of her brothers. The murder may have been to save the brother from prosecution.

---------------------

Songuel Sürücü (links), zuster van Ayhan, de man die gisteren werd veroordeeld voor moord op zijn zus Hatun. Rechts broer Emra. (Foto's AFP)

http://www.nrc.nl/buitenland/article283381.ece

Vijf eerdere gevallen van eerwraak in Berlijn trokken nauwelijks de aandacht, maar de moord op de Turkse Hatun Sürücü deed veel stof opwaaien. Haar jongste broer Ayhan bekende schuld, de rest van de familie ging vrijuit.
Door onze correspondent Michel Kerres

BERLIJN, 14 APRIL. Ze liep op een maandagavond met een sigaret en een beker koffie naar een bushalte in de Berlijnse wijk Tempelhof. Haar zoontje Can (5) lag thuis in bed. Hatun Sürücü (23). Duits-Turks. Beeldschoon. Geen hoofddoek. In de familie werd ze Aynur genoemd, ‘maanstraal'. Drie kogels troffen de alleenstaande moeder, opgeleid tot elektromonteur, op die avond in hoofd en gezicht. De schoten werden van zéér dichtbij afgevuurd. Een executie. De dader? Haar broertje, Ayhan (18). Het motief? Eerwraak. Gisteren werd Ayhan Sürücü in het kader van het jeugdrecht veroordeeld tot 9 jaar en 3 manden. Twee oudere broers, Mutlu (destijds 25) en Alpaslan (destijds 24), werden vrijgesproken.

De officier van justitie vermoedt een moordcomplot van de drie broers en had tegen de oudste twee levenslang geëist. De rechters achtten de betrokkenheid van Mutlu en Alpaslan niet bewezen. Het OM gaat in hoger beroep. Hatun Sürücü werd vermoord op 7 februari 2005. Het was de zesde eerwraakmoord in Berlijn in vier maanden. Eén vrouw was in het bijzijn van haar kinderen neergestoken, een andere was door verdrinking in een badkuip om het leven gebracht. De moorden haalden de krant, leidden tot een kortstondige opwelling van afschuw, maar veel aandacht trok het fenomeen eerwraak niet. Dat veranderde met de moord op Hatun Sürücü. Bewoners en actiegroepen hielden waken, discussies en een expositie. Bij de bushalte werd destijds, naast kaarsen en bloemen, ook een grote foto van Sürücü gezet. Voor velen kreeg eerwraak daarmee voor het eerst een gezicht.

Op de moord volgde snel een schandaal. Turkse leerlingen van een school in de buurt stelden tijdens een discussie in de klas onomwonden dat Sürücü haar dood aan zichzelf te danken had. Een leraar maakte de uitspraken publiek. Eén jongen (14) zei: „Ze kreeg haar verdiende loon. De hoer leefde als een Duitse." Hatun Sürücü groeide op in Berlijn, in een gezin met acht broers en zussen. Een Koerdische familie uit oostelijk Anatolië. Mannen en vrouwen leefden strikt gescheiden. „Men woonde in Kreuzberg", zei rechter Michael Degreif, „maar niet echt in Duitsland." Sürücü ging naar het gymnasium, maar op haar vijftiende werd ze uitgehuwelijkt aan een neef in Turkije. Het huwelijk liep spaak. Sürücü keerde naar Duitsland terug, zwanger. Ze zorgde alleen voor haar zoon. Ze volgde een beroepsopleiding. Ze had affaires, ook met Duitse mannen. „Ze leefde het leven dat duizenden andere jonge vrouwen leven", aldus Degreif. Maar „de hele familie veroordeelde haar levensstijl." In de week na de moord arresteerde de politie de drie broers Sürücü. Tijdens de rechtszaak legde Ayhan meteen een bekentenis af.

Het OM verdenkt de oudere broers van medeplichtigheid. De oudste, Mutlu, zou voor het moordwapen hebben gezorgd, Alpaslan zou op de uitkijk hebben gestaan. Eerwraak is een familiekwestie. De familie kiest de jongste zoon uit om de eer te redden. Hij komt immers in aanmerking voor een jeugdstraf. Door de moord wordt hij een held. Vlak na het vonnis druppelden vrienden van Ayhan de rechtszaal binnen en gooiden hem kushandjes toe. Vier dagen na de moord zou hij van zijn vader een gouden horloge hebben gekregen. Onderzoek, getuigenverhoor en de talloze zittingen voor de strafrechtkamer van het Berliner Landgericht leverden geen onomstotelijk bewijs op van de betrokkenheid van de oudere broers, laat staan van andere familieleden. Ayhan hield vol dat hij de enige dader was. Niemand had Alpaslan in de buurt van de bushalte gezien.

Er was geen aanwijzing dat Mutlu ergens een wapen had bemachtigd. Het moordwapen werd nooit gevonden. De vriendin van Ayhan, Melek A., fungeerde in het proces als kroongetuige. Ze legde een reeks belastende verklaringen af over de betrokkenheid van de oudere broers. Maar de uitspraken waren inconsistent, fragmentarisch en grotendeels uit de tweede hand, aldus rechter Degreif. Hij prees Melek om haar moed – ze zit in een getuigenbeschermingsprogramma en verscheen ter zitting in een kogelwerend vest – maar hij vertrouwde haar uitspraken niet helemaal.

Tijdens de zittingen dook nog een mogelijk motief op voor de moord. Vier getuigen verklaarden dat Hatun Sürücü slachtoffer was van seksueel misbruik binnen de familie. Eén getuige stelde dat Mutlu Hatun misbruikt heeft. Volgens Hatuns vriend wist de hele familie ervan. Als dat klopt, concludeerde de Süddeutsche Zeitung, moest Hatun niet sterven om de eer van de familie te redden, maar om de eer van haar broer te redden. In het oordeel speelde seksueel misbruik geen rol. Rechter Degreif legde uitgebreid uit waarom het bewijs tegen de oudere broers onvoldoende was. Dat politici en journalisten hoge straffen hadden geëist, was hem niet ontgaan. „Onvoorstelbaar gedrag", oordeelde hij. Hij achtte medeplichtigheid niet bewezen, „maar het idee van hun betrokkenheid blijft in de lucht hangen, daar moeten ze mee leren leven."

Culturele context in Nederland geen verzachtende omstandigheid

Tot enkele jaren geleden gold in Nederland de culturele context als een verzachtende omstandigheid voor de strafmaat. Inmiddels wordt eerwraak gezien als moord. Daarom benadrukte bijvoorbeeld de advocaat van de echtgenoot van de vermoorde Gül in december 2004 dat eerwraak geen motief was voor zijn daad. Volgens cultureel antropologe en turkologe Clementine van Eck willen advocaten de rechtbank er graag van overtuigen dat hun cliënten uit een impuls handelden. Dan is het geen moord, maar doodslag en daarvoor is de straf lager. Van Eck zegt dat de kentering in Nederland is opgetreden na de Veghelse zaak in 1999. Een Turkse jongen meende de eer van zijnfamilie te moeten redden door op de vriend van zijn zus te schieten.

Van Eck promoveerde in 1999 aan de Universiteit van Amsterdam op het proefschrift Door bloed gezuiverd: eerwraak bij Turken in Nederland. Mishandelde Marokkaanse en Turkse vrouwen benadrukken dat Nederlanders onderschatten waartoe „onze mannen" in staat zijn. Sommigen worden ook nadat ze uit huis zijn gevlucht regelmatig met de dood bedreigd. Zoals de Turkse Gül, die voor de deur van de vrouwenopvang in Koog aan de Zaan door haar man werd neergeschoten omdat ze wilde scheiden. Het was de derde moord bij een vrouwenopvang in tien maanden. Twee keer was het slachtoffer een Turkse vrouw, een keer een Marokkaanse.

De Federatie Vrouwenopvang is een netwerk van safehouses voor deze vrouwen aan het opzetten. Hoe vaak eerwaak in Nederland voorkomt is onduidelijk. Uit onderzoek van de politie Haaglanden en Zuid-Holland-Zuid blijkt dat tussen oktober 2004 en maart 2005 minstens 11 mensen werden gedood uit eerwaak. De korpsen behandelden 79 zaken waarbij familie-eer een belangrijke rol speelde. In 26 gevallen, naast de 11 met dodelijke afloop, werd geweld gebruikt. Uit een analyse van twintig eerwraakzaken door het Instituut voor veiligheids en crisimanagement (COT) blijkt dat vaak al vroege signalen wijzen op het gevaar van moord.

-----------------------------------------------------------------

http://www.taz.de/pt/2006/04/13/a0204.1/textdruck

Abgründe einer Familie

VON SABINE AM ORDE

Der Mord an Hatun Sürücü ist zum Symbol geworden. Zum Symbol für die Existenz von Parallelgesellschaften, in denen der Rechtsstaat nichts gilt. In denen muslimische Frauen unterdrückt und zwangsverheiratet werden und mit dem Tod bezahlen müssen, wenn sie sich den Regeln der Männer nicht unterwerfen. So wie Hatun Sürücü.

Drei Kugeln schoss ihr jüngster Bruder Ayhan der 23-jährigen Deutschkurdin in den Kopf, weil ihm der selbstbestimmte Lebensstil seiner Schwester nicht gefiel. Das hat der inzwischen 20-Jährige zu Beginn des Prozesses im September überraschend gestanden. Er will die Tat allein begangen haben.

Doch Ayhan steht gemeinsam mit zwei seiner älteren Brüder vor Gericht. Der Staatsanwalt hat in seinem Plädoyer gefordert, alle drei wegen gemeinschaftlichen Mordes zu verurteilen. Lebenslänglich könnte das für die beiden älteren heißen, eine Jugendstrafe von maximal zehn Jahren für Ayhan. Die Tötung der Schwester sei eine "eiskalt geplante, eiskalt ausgeführte Tat" gewesen, die die drei Brüder gemeinsam begangen hätten, sagt der Staatsanwalt. Die beiden älteren Brüder bestreiten jede Beteiligung. Ihre Anwälte fordern Freispruch.

Heute verkündet das Gericht sein Urteil. Die große Frage dabei wird sein, ob es die beiden älteren Brüder schuldig sprechen wird. Die Öffentlichkeit scheint ihre Entscheidung darüber längst gefällt zu haben. Der Mord an Hatun Sürücü, ein Ehrenmord, eine Gemeinschaftsentscheidung der Familie, diese Einschätzung hört und liest man immer wieder. Der jüngste Bruder, der noch unter das Jugendstrafrecht fällt, musste sie ausführen. Durch sein Geständnis werden die beiden älteren Brüder geschützt. Eine, die diese These vertritt, ist die Soziologin Necla Kelek, die als Expertin für die angeblich gescheiterte Integration von Muslimen für Furore sorgt. "Ich denke", sagte sie jüngst in einem Interview, "der Vater hat -vielleicht direkt, vielleicht unausgesprochen - seinen Söhnen bedeutet: Seht, was mir durch Hatun für eine Schande bereitet wurde. Ich muss leiden, tut was. Die Söhne haben dies wohl als Auftrag verstanden."

Das kann stimmen. Doch dass es in diesem Fall zutrifft, hat der Prozess bislang nicht belegt. Niemand weiß, was bei den Sürücüs wirklich geschah - auch weil Richter und Staatsanwalt oft merkwürdig leidenschaftslos agieren und die Familie nicht vor Gericht aussagt.

Hatun Sürücü ist am 7. Februar 2005 in Berlin-Tempelhof in der Nähe ihrer Wohnung erschossen worden. Ihr damals fünfjähriger Sohn, der heute bei Pflegeeltern lebt, schlief zu Hause in seinem Bett. Arglos hatte Hatun ihren jüngsten Bruder nach dessen Besuch zur Bushaltestelle begleitet. Dreimal schoss dieser ihr aus nächster Nähe in den Kopf. Sogar als sie am Boden lag, sagt der Staatsanwalt, habe Ayhan noch einmal auf das Gesicht gezielt. Der 25-jährige Alpaslan soll die Schüsse in Hörweite überwacht, der 26-jährige Mutlu die Waffe besorgt haben. Niemand hat Alpaslan am Tatort gesehen, auch die Waffe wurde bislang nicht gefunden.

Der Staatsanwalt stützt sich im Wesentlichen auf die Aussage der heute 19-jährigen Melek A., die zum Tatzeitpunkt Ayhans Freundin war. Ihr hat Ayhan vor und nach der Tat von dem Mord an seiner Schwester erzählt. Und berichtet, dass er ihn gemeinsam mit Mutlu und Alpaslan begangen hat. Melek ist verliebt, sie erzählt niemanden davon, sie widerspricht Ayhan auch nicht. "Ich hatte Gefühle für ihn", sagt sie später vor Gericht. Heute ist Melek im Zeugenschutzprogramm der Berliner Polizei. Sie lebt mit einer neuen Identität an einem geheimen Ort.

Das meiste weiß die junge Frau also vom Hörensagen. Ayhan bestätigt, dass er seiner Freundin von dem Mord erzählte. In einem Punkt aber will er gelogen haben: Die Brüder seien nicht beteiligt gewesen, sagt er vor Gericht. Nur bei einem Gespräch zwischen Ayhan und Alpaslan am Tag nach der Tat war Melek dabei. "Ich hab dir doch gesagt, ziel auf den Kopf", soll Alpaslan dabei zu seinem Bruder gesagt haben. Und Mutlu habe sie nach der Tat im Zweiergespräch in der elterlichen Wohnung gedrängt, Ayhan ein Alibi für die Tatzeit zu geben.

Die Verteidiger tun alles, um Melek als unglaubwürdig darzustellen. Die junge Frau habe von den Mordplänen gewusst und die Tat nicht verhindert, so ihre Argumentation. Sie behaupten nicht, dass Melek lügt. Doch um ihr Gewissen zu entlasten, habe die junge Frau sich ein Mordkomplott zusammenfantasiert. Der Staatsanwalt setzt auf Melek, die seine Kronzeugin ist. Auch das Gericht scheint ihr zu glauben. Mehrfach lehnte es ab, die älteren Brüder freizulassen. Es bestehe weiterhin "dringender Tatverdacht".

Mutlu, der mit langem Haar und Bart wie ein strenggläubiger Muslim wirkt, verfolgt den Prozess äußerlich sehr ruhig, beim Plädoyer des Staatsanwalts aber hält er sich die Ohren zu. Mutlu hat ein Studium der Betriebswirtschaftslehre abgebrochen, eine Lehre als Bürokaufmann angefangen, die Ehe mit einer Frau aus der Türkei scheiterte nach kurzer Zeit. "Bei mir geht alles nach einem Jahr in die Brüche", sagt er vor Gericht. Bei der Bundeswehr beginnt Mutlu, der deutscher Staatsbürger ist, intensiv den Koran zu studieren. Später hat er Kontakt zu verschiedenen gewaltbereiten und inzwischen verbotenen islamistischen Gruppen, bei einem Aufenthalt in England hat er sich der Tabligh-Gemeinde angeschlossen, nach Angaben von Experten ebenfalls eine radikalislamistische Organisation. Über Aufenthalte in Pakistan oder Afghanistan gibt es Gerüchte, als der Richter danach fragt, schaltet sich Mutlus Verteidiger ein: "Ich rate von der Beantwortung ab." Nachfragen stellt der Richter nicht. Der islamistische Hintergrund der Brüder wird im Prozess kaum thematisiert.

Alpaslan scheint das Gegenteil von Mutlu sein, er wirkt impulsiv. Im Prozess springt er häufig auf, ruft dazwischen, beschimpft die Hauptzeugin als "Lügnerin" und die Journalisten im Saal als "Arschlöcher". Sich selbst stellt er als aufgeschlossenen Muslim dar, seine Frau trägt kein Kopftuch. Hatuns Lebensstil sei ihm egal gewesen, sagt Alpaslan in seinem Schlusswort vor Gericht. Sein Gutachter bescheinigt ihm einen IQ von 124.

Anfang März hat Ayhan versucht, aus dem Gefangenentransporter zu entkommen. Nach den Worten seines psychologischen Gutachters hält sich der ernst wirkende junge Mann für etwas Besonderes. Nachdem die älteren Brüder ausgezogen waren und sich der Vater häufig in der Türkei aufhielt, habe Ayhan die Rolle des Familienoberhaupts übernommen. Über lange Zeit habe er mit dem Gefühl gelebt, wegen Hatun etwas regeln zu müssen. "Er hat sich überschätzt", sagt der Gutachter und beschreibt Ayhan als unreif, leicht beeinflussbar und streng religiös. Wie sein Bruder Mutlu hat er Kontakt zu islamistischen Gruppen gehabt.

Ayhans Verurteilung gilt als sicher. Kaum jemand aber traut sich eine Vorhersage darüber zu, wie das Gericht die Tatbeteiligung der beiden älteren Brüder einschätzen wird. Einen Hinweis hat der Vorsitzende Richter gegeben. Es könnte auch zu einer Verurteilung wegen Beihilfe zum Mord kommen, teilte er den beiden Angeklagten gegen Ende des Prozesses mit. Das Strafmaß beträgt dann zwischen 3 und 15 Jahren. Über einen Fall mit schwieriger Beweislage zu urteilen ist schwerer als über ein Symbol.